Artikelindex

De Blokpost

In de zomer van 2015 werd de Blokpost Arnhemsestraat, die op het grind op het achterterrein van het museum stond, verplaatst naar een nieuwe plek bij de spoorbomen. Sindsdien is er hard gewerkt om de Blokpost op te knappen en in te richten.

OpknapbeurtEen foto van de post van Kees van de Meene genomen op 16 april 1968. Een DE-III is net voorbij gereden.

De buitenkant is geschilderd en binnen heeft het huisje een inrichting gekregen gebaseerd op de oorspronkelijke situatie. Het originele bloktoestel was er bijvoorbeeld niet meer, maar in de collectie van Het Spoorwegmuseum bevond zich nog de bovenkant van een vergelijkbaar toestel, waarmee een “nieuw” bloktoestel is vervaardigd.  

Filmpje

In de Blokpost wordt een filmpje vertoond waar oud-werknemers vertellen over de gang van zaken in de post die oorspronkelijk afkomstig is uit Elst. De bezoekers van Het Spoorwegmuseum ervaren nu waar een Blokpost voor diende en wat het personeel zoal meemaakte bij de uitoefening van hun taken.

Bijdrage Vrienden

Het blokpostproject is mede mogelijk gemaakt door een bijdrage van de Vereniging Vrienden van Het Spoorwegmuseum. De officiële (her)opening van de Blokpost heeft op 2 september 2017 plaats gevonden.


Vrienden van Het Spoorwegmuseum geven Blokpost Arnhemschestraat vierde leven

Het Spoorwegmuseum beschikt niet alleen over een collectie objecten als locomotieven, uniformen, schilderijen en documenten, maar ook over enkele historische gebouwen. Deze stonden oorspronkelijk op een andere locatie in Nederland en zijn geheel of gedeeltelijk naar het museum overgebracht omdat ze hun functie verloren of op de nominatie stonden te worden gesloopt. Zo werd onlangs de bijzondere stationschefwoning uit Bilthoven aan onze collectie toegevoegd. Ook de bestelgoederenloods uit Nijverdal en het seinhuis uit Hoogezand-Sappemeer hebben een mooie plek in het museum. Minder bekend is de blokpost ‘Arnhemschestraat’ die ooit bij Elst heeft gestaan. En dat is niet zo verwonderlijk. De afgelopen tien jaar stond dit gebouwtje in een uithoek van de beeldentuin van het museum opgesteld, waar het nauwelijks werd opgemerkt . Hoe oud het was en waar het voor diende, was voor vrijwel niemand duidelijk. Bovendien verkeerde het in slechte staat.

Evelien Pieterse

"Een opknapbeurt leek me echter niet voldoende. Als conservator/bibliothecaris draag ik zowel zorg voor de conditie als voor de achtergrondinformatie over de geschiedenis, herkomst en het gebruik van de collectie. Met een schilderbeurt zouden bezoekers nog niet begrijpen waar het gebouwtje voor had gediend. En daarom besloot ik dat het tijd was voor ingrijpender maatregelen. De blokpost moest een betere plek krijgen op het Werkterrein Utrecht Maliebaan, waar de collectie seinwezen gehuisvest is. Aan het spoor en tegenover het seinhuis zou het veel beter tot zijn recht komen dan in de beeldentuin. De toezegging van de Vrienden een financiële bijdrage te leveren maakte het mogelijk dat er verder over de realisatie kon worden nagedacht."

Geschiedenis van de post

Voordat de plannen voor verplaatsing en restauratie concreet werden, wilde ik natuurlijk zo veel mogelijk details over de geschiedenis van de post achterhalen. Daarvoor schakelde ik de hulp in van Kees van de Meene, die al jaren als adviseur en Vriend aan het museum is verbonden. Als groot kenner van de klassieke beveiliging en de daarbij behorende toestellen en gebouwen beschikt hij over een indrukwekkend archief vol foto’s en documenten. Door dienstorders, bedieningsvoorschriften en jaarverslagen uit zijn archief en uit onze museumbibliotheek te bestuderen, kregen we een beter beeld van hoe de post in de loop de jaren heeft gefunctioneerd.
Dit onderzoek leerde dat sinds de aanleg van de spoorlijn Arnhem- Nijmegen door de Staatsspoorwegen in 1879 al een overweg en een wachterswoning bij de Arnhemschestraat bij Elst aanwezig waren. Tegen het einde van de negentiende eeuw werd bij deze overweg een stopplaats met een eenvoudig aarden perron aangelegd. In 1900 kwam naast de overweg een wachthuisje in gebruik, dat zes jaar later tevens werd ingericht voor de uitgifte van plaatskaarten. Nog weer twee jaar later werd door de Betuwsche Stoomtramweg-Maatschappij tussen Lent, Elst en Arnhem een trambaan aangelegd die de spoorbaan vlak naast de overweg kruiste. Ook voor deze tramkruising kwamen overwegbomen in gebruik. Of deze vanuit het wachthuisje of ter plekke werden bediend, is niet duidelijk geworden. Uit verslagen van de Raad van Toezicht op de Spoorwegdiensten blijkt wel, dat de bediening van de twee overwegen erg omslachtig was en al snel onhoudbaar werd. De trams ondervonden oponthoud dat wel tot 35 minuten kon oplopen. De oplossing diende zich aan in de bouw van een nieuwe wachtpost, dat als ‘seinhuis’ inclusief De oudste foto van de post Arnhemschestraat (ook wel ‘Rijksweg’) bevindt zich in het gedenkboek van de Staatsspoorwegen 1913. De post is achter de wachterswoning te zien. De overweg lag tussen de wachterswoning en de post in. (Foto: Gedenkboek SS 1913)‘handelinrichtingen’ zou moeten worden gebouwd. De oude wachtpost werd buiten gebruik gesteld en als lampisterie ingericht. De bedoeling was verder om blokstelsel III in te voeren op de druk bereden spoorlijn, wat een jaar later ook daadwerkelijk gebeurde.

En zo kwam de gloednieuwe blokpost Arnhemschestraat op 6 juni 1910 in dienst. In de post stond een bloktoestel, waarmee de wachter de seinen langs het spoor kon bedienen. Daarnaast konden vanuit de post de overwegbomen van de straat- en tramweg naar boven en beneden worden gelaten. Tot de opheffing van de stopplaats in 1918 diende de blokpost ook voor de uitgifte van plaatskaarten. Het loket was direct achter de deur gesitueerd, waar ook een een loketkast en een composteur stonden. Opvallend kenmerk van de post is de overdekte entree, die nogal a-typisch is voor dit soort gebouwtjes. Vermoedelijk diende het afdakje om reizigers die een kaartje wilden kopen bij nat weer droog te houden. In 1920 werd de tramlijn tussen Lent, Elst en Arnhem alweer opgeheven, maar de blokpost bleef in gebruik.

Aanpassingen

Het kleine uitbouwtje aan de spoorzijde is niet op de bouwtekening uit 1910 te zien en hoogst waarschijnlijk een latere toevoeging. Het meest voor de hand ligt dat dit in 1940 werd aangebracht, toen de lijn Arnhem-Nijmegen werd geëlektrificeerd. Op foto’s is te zien dat vanaf dat moment een bovenleidingsportaal voor de post stond en het uitzicht belemmerde. In het uitbouwtje bevinden zich aan weerzijden twee ramen, waardoor de blokwachter toch goed zicht op de baan hield. De post werd tijdens de Tweede Wereldoorlog zwaar getroffen, maar na de bevrijding weer hersteld. In 1954 kreeg het spoor van Arnhem naar Elst automatisch blokstelsel, terwijl voor het spoor van Elst naar Arnhem nog steeds Blokstelsel III van kracht bleef. Dat veranderde pas in 1980, toen ook het spoor van Elst naar Arnhem automatisch blokstelsel kreeg. In die periode viel het doek voor bijna alle klassieke seinhuizen en –posten in Nederland. Met de automatisering van het seinwezen werden ze overbodig en bijna allemaal gesloopt.

Van de slopershamer gered

Dat de blokpost Arnhemsestraat gespaard bleef, is te danken aan een aannemer uit Ubbergen die het zonde vond als het gebouwtje gesloopt zou worden. Op eigen kosten liet hij het met hijskraan en vrachtwagen naar zijn eigen achtertuin transporteren en zo deed de post jarenlang dienst als tuinhuisje. Ruim tien jaar later bleek dit toch wat in de weg te staan en werd het aangeboden aan Het Spoorwegmuseum. Dat was in de periode waarin op ons buitenterrein nog een museumtrein rond reed. De post kreeg een mooi plekje en werd in combinatie met een handwisseltoestel, kloksein en seinpaal tentoongesteld.

Een nieuwe plek

De takelwerkzaamheden door de firma Mammoet op een zonnige zomerdag in augustus 2015.  (Foto Evert-Jan de Rooy)Bij de opening van het vernieuwde museum in 2005 werd de blokpost niet meegenomen in de herinrichting, waardoor het gebouwtje enigszins weggestopt in de beeldentuin stond. Dankzij financiële steun van de Stichting Vrienden van Het Spoorwegmuseum kreeg het alsnog een veel prominentere plek en kan het worden gerestaureerd. Op 20 augustus j.l. werd de post door de firma Mammoet eerst met een grote kraan van zijn fundament getakeld, vervolgens op een vrachtwagen geladen en naar z’n nieuwe plek gereden. Daar stond de immense kraan alweer klaar om het postje met uiterste precisie op zijn nieuwe fundament te plaatsen. Schildersbedrijf Hoogstraten is verantwoordelijk voor de restauratie en het schilderwerk. Gelukkig bleek het houtwerk nog in goede staat en werden slechts op twee gemakkelijk te isoleren plekken houtrot ontdekt. Een tegenvaller is dat er asbest werd gevonden op de plek waar ooit de potkachel heeft gestaan om het postje warm te houden. Dit wordt uiteraard alsnog verwijderd.

Jaren '50 / '60

Een belangrijke vraag bij de restauratie van de post was in welke toestand de post moest worden getoond. Zou het in de oorspronkelijke staat moeten worden, met uitgifteloket maar zonder uitbouwtje, of moest gekozen worden voor een latere periode? Uiteindelijk is besloten de post in de toestand van de jaren ‘50/’60 te brengen. Daarmee sluit de post goed aan op de andere objecten op het Werkterrein Utrecht Maliebaan. De meeste daarvan zijn ook in de staat van die jaren gebracht om een beeld te geven van het tijdperk klassieke beveiliging waarin stoom vervangen werd door stroom. Bovendien is dankzij de bewaarde bedieningsvoorschriften en verhalen van oud-blokwachters meer bekend over deze periode dan over de begintijd van de post. Dit betekent voor de buitenkant van de post onder meer dat de kleurstelling licht geel en donkergroen gehandhaafd blijft, maar dat de opschriftborden ‘Ahst’ uit de jaren ‘70 zullen plaatsmaken door geschilderde letters die tot eind jaren ‘60 de gevel sierden.

Oral history

Dankzij het bedieningsvoorschrift uit 1965 kon worden achterhaald wat voor soort bloktoestel er vanaf dat jaar in de post stond. Over het interieur was mij verder weinig bekend. Daarom zijn in enkele regionale kranten oproepen geplaats waarin oud-blokwachters en Elstenaren werden aangemoedigd hun herinneringen aan de post met het museum te delen. Inmiddels heb ik maar liefst vier gepensioneerde heren gevonden die aan het einde van de jaren ‘50 en begin jaren ‘60 van de vorige eeuw op de post hebben gewerkt. Zij hebben nog levendige herinneringen aan hun werk als blokwachter en helpen me uitstekend bij het reconstrueren van de inrichting. Zo weet ik nu dat er behalve een potkacheltje een bureautje met twee stoelen, een klok, een bloktelefoon en een fonteintje met spiegel aanwezig waren in de post. Ook werd me duidelijk dat een van de blokwachters zijn koffiezetapparaat na gebruik onder de vloer opborg en dat er regelmatig lekkernijen door de omwonenden naar de blokwachters werden gebracht.

Informatie

Het is de bedoeling dat de post permanent toegankelijk wordt voor onze bezoekers. Om die reden zullen geen kwetsbare objecten in het gebouwtje worden geplaatst en zal de inrichting worden gereconstrueerd. In een bureautje zal een interactief scherm worden weggewerkt waarin filmpjes, interviews, foto’s en animaties uitleg geven. Ook dit aanvullende project zal worden gefinancierd door de Vrienden, zoals in de ledenvergadering op 26 september werd besloten. Ik ben ervan overtuigd dat met realisatie van dit mooie toekomstplan eindelijk weer voor onze bezoekers duidelijk wordt welke functie en historie met dit bijzondere gebouwtje verbonden is!


 Opening Blokpost

Ter gelegenheid van de heropening rijdt de weer rijvaardige “Arend” een aantal keer langs de fraai gerestaureerde Blokpost. (Foto: P. v. Dorp)

Op zaterdag 2 september 2017 heropende het Spoorwegmuseum de “Blokpost Arnhemschestraat”. De blokpost stond van 1909 tot 1980 langs de spoorlijn Arnhem – Nijmegen bij het plaatsje Elst. De restauratie van de Blokpost werd mogelijk gemaakt door een substantiële bijdrage van de Vereniging Vrienden van het Spoorwegmuseum.

Spoorwegdeskundige Kees van de Meene vertelt voorafgaand aan de heropening wat voor typen posten er in Nederland zoals in gebruik zijn geweest. Zijn lezing begeleidde hij met historisch fotomateriaal. (Foto: P. v. Dorp)Het museum pakte uit met een aantal lezingen rond de Post. Zo vertelde spoorwegdeskundige Kees van de Meene wat voor verschillende posten er in de loop der jaren bij de spoorwegen zoal zijn gebruikt. Conservator Evelien Pieterse stond uitgebreid stil bij het restauratie traject van de Blokpost.

Daarna gingen de genodigden naar buiten, naar de Blokpost.Het museum is er in geslaagd in contact te komen met een viertal oud medewerkers van NS die in de zestiger jaren van de vorige eeuw in de Blokpost hebben gewerkt. Voorzitter Richard Weurding van de Vereniging Vrienden van het Spoorwegmuseum poseert naast het toestel met de vier trotse oud-wachters. (Foto: P. v. Dorp) De Arend, juist weer onder stoom na het vervangen van de vlampijpen, reed in een heerlijk najaarszonnetje heen en weer over het breedspoor langs de Post. Na de openingshandeling bedankte Vriendenvoorzitter Richard Weurding de vier gepensioneerde oud NS’ers die ooit in de Blokpost hebben gewerkt.

Deze vier oud-wachters leverden bijdragen aan een film die in de Blokpost zal worden gedraaid. Deze film laat bezoekers van het Spoorwegmuseum zien wat destijds de functie van de Blokpost was.

Hits: 8021

Wij maken op deze website gebruik van cookies. Dit zijn kleine bestanden met gegevens die op de harde schijf van uw computer worden opgeslagen of in de sessie van uw browser staan. Met behulp van cookies meten wij bezoekersaantallen en verbeteren wij de werking van de website. Klik op 'Akkoord' om deze melding te sluiten.